Gebiedsgericht werken en dus ook het denken in ‘ontwikkelpaden’ kun je op verschillende niveaus toepassen, met mensen binnen de eigen organisatie en/of daarbuiten. Volgens de ontwikkelpadenmethodiek word je uitgedaagd om bestaande gewoonten en patronen los te laten, over de grenzen van het eigen (werk)veld heen te kijken en voorbij de doelen en opgaven van de korte termijn. Wat betekent dit voor de praktijk?

Bij het schetsen van ontwikkelpaden worden combinaties van maatregelen in de tijd gezet. We weten dat de verschillende gebiedsopgaven gevolgen hebben voor het toekomstige ruimtegebruik: ‘Niet alles kan overal of nog op dezelfde manier’. Maar wat kan er dan wél en op welke plek? Hoe kunnen we tot onderbouwde keuzes komen?

Voor het toepassen van ontwikkelpaden op gebiedsniveau moeten we eerst een beeld kunnen schetsen van de toekomst. Met welke ontwikkelingen krijgen we te maken? En wat zijn de belangrijkste onzekerheden? Wordt waterbeschikbaarheid de grootste uitdaging of is het iets anders? Gaan de effecten van klimaatverandering voor de regio sneller dan verwacht? Daarboven hoort natuurlijk een belangrijke, richtinggevende vraag: welk toekomstbeeld willen we als stip op de horizon zetten?

We zijn geneigd om te denken dat als we meer kennis vergaren, we beter weten wat we moeten doen om een gebied klimaatbestendig te maken. Maar onvolledige kennis is maar een van de onzekerheden waar we mee te maken hebben. Zeker in het geval van lange termijn planning hebben we ook te maken met de inherente onvoorspelbaarheid van de ontwikkelingen (zoals klimaatverandering) om ons heen. Daarnaast hebben we ook te maken met verschillende percepties van gepresenteerde kennis in een proces (zogenaamde ambiguïteit).

Klimaatverandering vraagt dat we ons meer én sneller aanpassen aan toenemende weersextremen. Maar hoe doen we dat? Voor een ondernemer kan schaalvergroting bestaan uit het vergroten van het areaal waarop een innovatie wordt toegepast of de implementatie ervan op het hele bedrijf. Een (regionale) overheid kijkt bij het grootschalig toepassen van een maatregel naar stroomgebiedsniveau of het hele werkgebied. Wat op het ene schaalniveau gunstig lijkt, hoeft op een ander niveau niet toekomstbestendig te zijn.

Uitgelicht

In Nederland werken we al enige tijd aan nieuwe aanpakken voor gebiedsontwikkeling die beter aansluiten bij de kenmerken van bodem, water en natuur. KLIMAP is één van die projecten. Onderzoekers hebben daar samengewerkt met ondernemers en mensen van waterschappen en provincies op de hoge zandgronden.

Tijdens ons werk merkten we dat niet elke regio al even ver is met de ontwikkeling van klimaatrobuuste oplossingen. Wat drijft deze lange termijn transformatie? Wat houdt haar tegen? Nieuwsgierig naar de oorzaken en de rol van KLIMAP hierbij, spraken we met mensen uit Noord-Brabant en Limburg. Wat uit die gesprekken kwam, was bijzonder interessant!

Op 21 maart 2024 vond de eindbijeenkomst van het project KLIMAP plaats in Het Koelhuis in Zutphen. Een impressie van het programma en de opbrengst van de parallelle sessies die in de middag hebben plaats gehad zijn terug te lezen en zien in dit verslag. Mocht dit aanleiding geven voor nadere toelichting, dan kan je contact met ons opnemen via het contactformulier.

Welke invloed heeft klimaatverandering op bodem en water van de hoge zandgronden? En hoe kunnen we die kennis gebruiken om het buitengebied klimaatbestendig te maken? Dat onderzochten 23 partijen samen in het vierjarige programma KLIMAP. Op 21 maart 2024 kwamen ze bijeen om de resultaten te delen.