In het beheergebied van waterschap Limburg wordt in de winterperiode en in het voorjaar op vijf agrarische percelen water vastgehouden door het regelbare drainagesysteem zolang mogelijk in het voorjaar op de hoogste stand in te stellen. Voor grasland wordt gestreefd naar een grondwaterstand van 30 cm-mv. Daarnaast zal actief water worden aangevoerd via het wateraanvoerstelsel om de percelen onder vrij verval van water te voorzien.

Op deze manier wordt dus niet alleen het neerslagoverschot benut om het grondwater gedurende deze periode aan te vullen, maar ook indien nodig aanvoerwater via de Maas, dus van buiten het beheergebied. Het is daarbij de bedoeling om in het voorjaar de ‘pijngrens’ van de agrariër op te zoeken. De percelen liggen in Evertsoord (omgeving Mariapeel), Meijel (omgeving Groote Peel), Nederweert (omgeving Sarsven en De Banen) en Ysselsteyn. Het onderzoek wordt uitgevoerd door KnowH2O en KWR.

Welke maatregel wordt onderzocht?

In deze veldproeven doen we onderzoek naar de volgende maatregel uit de KLIMAP menukaart:

C2.1 Retentie & Adaptief peilbeheer

Doel

De maatregel heeft als doel om zo lang mogelijk water vast te houden op het perceel. Het hoog houden van stuwen en actief water inlaten via het drainagesysteem zorgt ervoor dat de grondwaterstanden in het voorjaar hoog zijn. Mogelijk vindt een grotere grondwateraanvulling plaats door hogere freatische grondwaterstanden. De beperkingen voor de agrariër zijn mogelijk een latere start van het groeiseizoen, maar ook een beïnvloeding van de timing en in te zetten machines voor bemesting. Een grotere opslag van grondwater in het perceel en hogere grondwaterstanden kunnen leiden tot een latere en minder grote behoefte aan beregening later in het seizoen. Bedrijfsvoering op de percelen en mestopslag dienen mogelijk te worden aangepast. Het doel is vooral om helder te krijgen welke kansen en problemen ontstaan bij lang en hoog stuwen tijdens de winter en in het voorjaar. De vraag is of, en zo ja welke risico’s het waterschap loopt en welke de agrariër. De veldproef moet duidelijk maken wat de effecten zijn van een dergelijke beleidskeuze en welk flankerend beleid/compensatie eventueel nodig is.

Aanpak

In deze proef zijn zowel grondwaterstanden, waterpeilen in aangrenzende waterlopen en het instroomdebiet van het drainagesysteem gemeten. Hiervoor zijn peilbuizen, sensoren en debietmeters (online via telemetrie) geïnstalleerd. Upgrade en onderhoud van de drainagesystemen is uitgevoerd door KLIMAP partner Barth Drainage BV. In de participatieve monitoring zijn door de agrariërs handmetingen gedaan van grondwaterstanden, is een logboek bijgehouden en zijn in bijeenkomsten ervaringen uitgewisseld. De proef is gevolgd t/m het groeiseizoen van 2022.

Resultaten

De proeven zijn in het voorjaar van 2021 opgestart. Ondanks problemen met de meetapparatuur laten de resultaten zien dat het mogelijk is vanuit de winter water vast te houden en met een hogere grondwaterstand het groeiseizoen in te gaan. Naast meetresultaten blijkt het gezamenlijke proces van belang, waarin inzichten van de effecten op de bedrijfsvoering zijn gedeeld en waarbij er meer inzicht is gekomen in hoe scherper gestuurd kan worden met het drainageniveau, zonder dat te natte omstandigheden ontstaan.

Video

Op de website van 1Limburg wordt de proef in een filmpje toegelicht.