Paludicultuur in Helmond
Paludicultuur (ook wel natte landbouw genoemd) wordt gezien als kansrijke adaptatiemaatregel met name in de directe omgeving (bufferzones) van natte natuurgebieden en langs waterlopen. Zo ook in de omgeving van Helmond, op een perceel met veengrond op landgoed Groot Overbrugge. Hier wordt tegelijkertijd water vastgehouden en gezuiverd, een gewas geproduceerd (grote lisdodde) en CO2-uitstoot tegengegaan.
Op een perceel in de omgeving van Helmond vindt in samenwerking met het Waterschap Aa en Maas, Bioclear Earth, de Radboud Universiteit en KWR een veldproef plaats, waarin de mogelijkheden van de productie van grote lisdodde in combinatie met toepassing van subirrigatie worden onderzocht. Het perceel is gelegen direct naast de Goorloop op landgoed Groot Overbrugge.
Ook op andere locaties in Noord-Brabant vinden binnen KLIMAP experimenten plaats op het gebied van paludicultuur, elk met een andere invalshoek, zoals in Soerendonk, Scheiendsven en Biest-Houtakker.
Welke maatregelen worden onderzocht?
In deze veldproef onderzoeken wij de volgende maatregel uit de KLIMAP menukaart:
A2.4 Paludicultuur / Natte landbouw
Doel van de veldproef
Met deze proef proberen we antwoord te geven op de vraag welke gewassen je kunt produceren in gebieden of oeverstroken die natter worden of kunstmatig nat worden gehouden door maatregelen om water langer vast te houden. In deze specifieke veldproef wordt onderzocht of meerdere functies te combineren zijn, zoals productie van grote lisdodde als nat gewas, water vasthouden voor het tegengaan van droogte, water zuiveren ten behoeve van de KRW-opgave, koolstof vasthouden voor de klimaatmitigatie-opgave en het verhogen van de biodiversiteit.
De aanpak
De proeflocatie is ingeplant/ingericht in 2019/2020 binnen het Interreg project Carbon Connects. Op het perceel wordt subirrigatie toegepast, waarbij het aanwezige drainagesysteem wordt gevuld met oppervlaktewater uit de Goorloop. Daarmee wordt het grondwaterpeil kunstmatig hoog gehouden gedurende het groeiseizoen, op ca. 10 cm onder maaiveld. Vanaf 2021 worden automatische peilmetingen gedaan en wordt de waterkwaliteit en biomassaproductie gemeten. Het moment van oogsten bepaalt de toepassingsmogelijkheden van het gewas, maar ook de zuiveringscapaciteit en biodiversiteit.
Tussentijdse resultaten
De veldproef is in 2021 in het programma KLIMAP opgenomen. In de herfst/winter van 2021-2022 is de lisdodde gemaaid met een soft-track rupsvoertuig. Al in het eerste groeiseizoen werden de lisdodde planten 2-3 meter hoog en werden opbrengsten tot 1 kg droge stof per m2 gemeten. Ook werd er de waterkwaliteit gemeten, waarbij in het uitlaatwater duidelijk lagere nitraat- en ammoniumconcentraties werden gemeten dan in het inlaatwater:
Video
Paludicultuur op landgoed Groot Overbrugge in Helmond